Synopsis
Ignacio Carillo is een door de wol geverfde accordeonspeler die zijn hele leven langs de dorpen en boerderijen van Noord-Colombia heeft gezworven om zijn traditionele Vallenato-songs ten gehore te brengen. Na de dood van zijn vrouw besluit hij zijn trekharmonica - volgens de Colombiaanse folklore een instrument dat ooit de duivel toebehoorde - terug te brengen naar zijn oude eigenaar en te stoppen met spelen. Eenmaal op weg voegt de tiener Fermín zich aan zijn zijde: hij wil niets liever dan Carillo opvolgen als 'juglar', accordeonspeler. De twee trekken door de woestijnen, bergen en velden van Noord-Colombia en ervaren de spirituele rijkdom van een land dat gevormd is door blanke, indiaanse en zwarte tradities, door magische folklore, melancholie en Caribische levensvreugde.